We verlaten de Oostkust in de regen en rijden naar het Noorden van het eiland. Onderweg stoppen we bij de Stuðlagil Canyon, een prachtige kloof met flanken van zeshoekige basalt zuilen, die als gordijnen langs de rivier hangen.
De ringweg gaat verder door de lavavelden van Möðrudalur, waar we onderweg en warme lamsvleessoep eten om op te warmen.
Het laatste bezoek van de dag is aan de zwavelbronnen van Hverir. Het regent nog steeds stevig en onze schoenen zitten onder de hardnekkige modder.
We gaan vandaag naar het uiterste oosten van IJsland.
In Vatnsskarð stoppen we voor een stevige wandeling naar de vallei van Stórurð. Het pad voert ons over de top van de Geldingafjall over een dozijn sneeuwvelden naar de vallei met prachtige blauwe meertjes tussen de rotsblokken.
Ons hotel ligt aan de fjord van Borgarfjarðar, in het dorpje Bakkagerði. Nadat we inchecken rijden we naar het haventje Borgarfjarðarhöfn, waar op enkele rotsen aan de kust een kolonie papegaaiduikers zit. We amuseren ons om er zo goed mogelijk op de foto te krijgen.
We verlaten de zuidkust en rijden langs de oostfjorden. Eerst bezoeken we Stokksnes aan de voet van de scherpgetande Vestrahorn. Er is een gereconstrueerd Vikingdorp te zien.
Langs fjorden rijden we noordwaarts, en zien we veel eidereenden in het ruwe water langs de kust.
Via de mooie Oxipas rijden we het binnenland in, waar we naar de spectaculaire Hengifoss waterval klimmen.
We overnachten in het Lake Hotel in Egilsstaðir waar we lekker dineren.
Vandaag staat volledig in teken van het nationaal park Vatnajökull, Europa’s grootste gletsjer.
Eerst gaan we één van de gletsjertongen op met een gids. Met crampons aan de voeten, helm op het hoofd en pikhouweel in de hand gaan we het ijs op voor een stevige tocht.
’s Namiddags wandelen we naar de Svartifoss waterval met zeshoekige basaltzuilen. Daarna rijden we door langs de twee gletsjermeren Fjallsárlón en Jökulsárlón, waar we de ijsblokken van de gletsjer zien komen.
We beginnen deze druilerige dag in Vik, vlakbij onze overnachtingsplaats. We gaan er het zwarte strand op om onderaan de kliffen te komen waar de papegaaiduikers en de noorse stormvogels nesten.
De rit voert ons verder doorheen een groot lavaveld dat met eeuwenoud mos is begroeid. Na de lunch bezoeken we de kloof van Fjaðrárgljúfur. Doornat komen we in ons hotel aan, waar we al het natte goed te drogen hangen.