4 nov : Boottocht naar het Samkarmeer

2014 Myanmar, Op reis Geen reactie

Het Samkarmeer ligt een 50-tal km ten zuiden van het Inlemeer. We varen er in 2 uur naar toe via een natuurlijk kanaal dat de twee meren met elkaar verbindt. Het landschap onderweg is prachtig : bergen, watergebied met veel waterlelies, dorpjes op en naast het water en pagodes. Het gebied wordt bewoond door de Pa’o.
Aan het begin van het dorpje Samkar liggen enkele oude stupa’s naast het water. We wandelen door het dorpje en komen enkele ossewagens tegen.
We varen daarna verder tot aan een stokerij van rijstwijn (saké); het procedé wordt ons uitgelegd en we mogen ook even proeven. Het drankje is 20, 40, 60 graden sterk; dat voelen we! Allé, volgens onze whisky kenner valt dat allemaal wel mee… 😉
Bij de proeverij is er ook een restaurantje, waar we de lunch nemen.
We kunnen van daar te voet langs de oever van het meer naar de volgende stopplaats : een heel sfeervolle plek aan het water, het klooster van Targaung met zijn honderden stupa’s. De belletjes van de stupa’s die tinkelen in het windje maken de sfeer nog specialer.
Het ziet er naar uit dat het later op de dag nog gaat regenen, dus keren we terug naar ons hotel. Onderweg stoppen we nog aan een pagode die tegen de heuvel ligt. De klim naar boven doet deugd, na anderhalf uur bootzitten. De pagode zelf is niet echt bijzonder, maar als we bijna terug beneden zijn stromen er een paar honderd kinderen toe. Blijkbaar is de school net uit. Ze lopen naar de aanlegplaats waar nu een heleboel bootjes liggen. Deze kindjes gaan niet met de bus, maar met de schoolboot naar huis. Voor de rest ziet het er hetzelfde uit : evenveel kabaal en dicht op mekaar in de boot.
Na dit leuke intermezzo gaat het terug richting ons huisje op het water : voor de laatste keer klinkt het slagwerk van het hotelwelkomstcomité : morgen vertrekken we naar Taunggyi voor het Ballonfestival.

3 nov : Trektocht rond Nyaungshwe

2014 Myanmar, Op reis Geen reactie

Vandaag staat een dagje stappen op het programma, meer bepaald door het platteland boven Nyaungshwe.
Als we het stadje binnenvaren merken we dat hier toch wel veel toeristen bijeen zitten; wij zijn precies de enigen die in die richting varen. Onze gids Huana pikt ons op aan een klein zijkanaaltje en dan gaan we op pad. Vlakbij de markt komen we ineens het einde van een bonte stoet tegen. Onze gids legt uit dat dit een jaarlijkse giftenprocessie van de dorpelingen voor de monniken is. We spoeden ons naar de andere kant van het dorp om de hele stoet aan ons voorbij te zien trekken : kleurrijke “bomen” behangen met kado’s voor de monniken : je kunt het zo gek niet bedenken: van tandenborstels, dekens, handdoeken tot zelfs frigo’s. Op elke kar staat een bordje met de naam van de gulle gever: familie X, school Y, hotel Z, firma A, … Rondom wordt muziek gemaakt en dansjes uitgevoerd. Leuk om te zien en mee te maken.
Daarna nemen we een tuktuk naar het begin van de wandeling. Het is vandaag bloedheet en we zijn blij dat we dit stukje niet door de brandende zon moeten stappen. We wandelen door een teakplantage en onze gids weet vanalles te vertellen over de kruiden en gewassen die we tegenkomen : kurkuma, dragonfruit, tamarinde, …
We wandelen door dorpjes en bezoeken een schooltje voor 6 tot 10 jarigen. Het valt op dat er vooral jongens op de schoolbanken zitten; hier op het platteland is een opleiding voor de meisjes blijkbaar niet zo belangrijk.
‘S middags lunchen we bij onze gids thuis : heerlijk verse gestoomde vis uit het meer met verse kruiden, een tomatenslaatje en gebakken rijst met groentjes : een koninklijke maaltijd! Jammer dat we er geen glaasje van onze volgende bestemming bij kunnen drinken : de Red Mountain Estate : jawel een wijnbouwer! Plots wandelen we nl tussen de wijngaarden met op de achtergrond het meer. We proeven er vier soorten : Sauvignon blanc, Syrah/tempranillo, een rosé en een late oogst, wellicht Muscat. Niet slecht; de wijnmaker is dan ook een Fransman.
Tegen een uur of 4 komen we terug aan onze boot; de dreigende onweerslucht lijkt van de bergen nu naar het meer af te zakken; hopelijk raken we droog tot aan het hotel. Niet dus; onderweg begint het te regenen, dus de paraplu’s in de boot komen goed van pas. Gelukkig dat het zo laat pas begint te regenen, zo hebben we er toch niet te veel last van gehad.

1-2 nov : Ontdekking van het Inle meer

2014 Myanmar, Op reis Geen reactie

Om 4.45u stipt komt onze chauffeur ons oppikken om ons naar de luchthaven van Yangon te brengen; vandaag vliegen we naar Heho vanwaar we naar het Inle meer trekken, midden in de Shanprovincie. De binnenlandse vluchten in Myanmar zijn een soort van hop-on-hop-off vluchten en stoppen op verschillende plaatsen. Zo komt het dat we om een onduidelijke reden 45min moeten wachten in Bagan, alvorens we kunnen doorvliegen naar Heho.
Daar staat onze volgende chauffeur te wachten, die ons door een prachtig berglandschap naar Nyaung Shwe aan het meer voert. Onderweg bezoeken we een atelier waar men parasols uit rijstpapier vervaardigt (zo van het soort dat ze bij ons op de ijsjes zetten, maar dan in ’t groot). We stoppen ook aan het teakhouten Shweyanpyay klooster met ovalen ramen, waar vele jonge monikjes rondlopen. Een sfeervolle plek.
In Nyaung Shwe nemen we een lekkere lunch en schepen dan in naar ons hotel op het meer: The Golden Island Cottages. We hebben ons hier eens laten gaan en logeren in een mooie grote cottage op palen met een terras met zicht op het meer. Schitterend! Goed om weten is dat dit hotel gerund wordt door de lokale Pa-o bevolking en dat de inkomsten dus ten goede komen van de lokale gemeenschap.
We worden verwelkomd met lokaal slagwerk en een kopje groene thee.
Na het inchecken doen we nog een tochtje op het meer langs de drijvende tuinen, een typisch dorpje en het Ngapachaung klooster. De tuinen zijn een indrukwekkende verwezenlijking. Blijkbaar wordt tijdens het seizoen quasi heel het land van hieruit van tomaten voorzien. Tussen de huisjes staan naast waterlelies en lotusbloemen ook vele prachtige bloemen. Onderweg zien we ook de befaamde “beenroeiers” van de Inthastam : zij roeien rechtopstaand waarbij ze behendig met één been de roeispaan bedienen, zodat ze hun handen vrij hebben voor het vissen. Indrukwekkend.
Het eten in het restaurant van het hotel (we zitten midden op het meer, dus is er niet echt een alternatief) is wat duurder (alles moet hier natuurlijk aangevoerd worden), maar superlekker. Er is deze avond een avond met traditionele dansen, maar na een drietal gezien te hebben zijn we echt wel zeker dat dit niet ons ding is en verdwijnen we discreet.
Na een traditioneel Shan ontbijt van noedelsoep stappen we weer in ons bootje met bestemming Indein. We varen door een smal kanaaltje en slaan het leven van de rivierbewoners gade : alles gebeurt langs het water : vissen, zich wassen, de was doen, …
Indein is een prachtige site van een duizendtal stupas gebouwd tussen de 12de en de 18de eeuw. Een deel van de stupas is overwoekerd; het is heel sfeervol om tussen dit bos van stupas te lopen.
Van daar gaat het naar het klooster waar de gouden buddhabeeltjes en het gouden schip bewaard worden welke tijdens het volle maanfestival van oktober feestelijk van dorpje naar dorpje wordt gevaren.
Na de lunch in een restaurantje op het meer zijn verschillende ateliers aan de beurt : we bezoeken een ambachtelijk zilversmid, een zijden-en lotusdraadweverij en een fabriekje waar aan een ijltempo cheruts worden gerold. Een soort lokale sigaar, die hier heel populair is.
Rond drie uur zijn we terug aan het hotel waar we zalig relaxen en genieten van het uitzicht.

30-31 okt : Yangon

2014 Myanmar, Op reis Geen reactie

Het ontbijtbuffet in het hotel is heel gevarieerd : Engels, Birmees en Indisch. Even uitzoeken dus wat we lekker vinden.
Omstreeks 9u gaan we op pad : we doen de wandeling van de Lonely Planet door het koloniale centrum. In de straatjes heerst er een drukte van belang : op de stoep vind je het ene eetstalletje na het andere waar de inwoners van Yangon hun ontbijt nemen. Het ziet er allemaal heel kleurrijk en exotisch uit.
We wandelen langs de Sule pagode (we gaan niet naar binnen, dat is voor morgen) en de grote mauve slagroomtaart van het stadhuis; langs het oude postgebouw en andere koloniale gebouwen. S’middags eten we een lekkere Indische biryani met een banana lassi in de Indische wijk voor nog geen 5 eur voor ons tweetjes. Na de lunch gaan we op pad naar de Botataung pagode, aan de andere kant van het oude centrum. De staalblauwe hemel van de voormiddag is nu dreigend grijs geworden; maar volgens Mr Win regent het in Yangon nooit langer dan een kwartier. Dus we stappen dapper door. Vermits we weer grote dorst hebben gekregen besluiten we een lekker vers sapje te gaan drinken in een cafeetje onderweg. We zitten nog niet goed binnen of het begint te gieten. Het duurt toch wel langer dan een kwartier… 🙁
Maar hoera; na enige tijd stopt het toch en kunnen we verder. T’is te zeggen, door de stortbui is de stoep op bepaalde plaatsen redelijk overstroomd. Dan maar een omweg.
Via een gouden poort komen we in het gezellige straatje van de pagode. Op onze blote voeten gaan we binnen. Het is er vrij rustig; eigenlijk wel aangenaam. We zien onze eerste grote buddha, maar wellicht zullen we er in de komende dagen nog veeeeeeel grotere zien. 😉
Vlakbij de pagode komen we aan de Yangon rivier, waar er een grote bedrijvigheid heerst : kleine bootjes varen af en aan om aan het einde van de dag de pendelaars terug naar de andere kant van de rivier te brengen. Op de kade spelen jongens een plaatselijke variant op het voetbalspel, waarbij ze de bal in de lucht proberen te houden.
We eten ’s avonds bij een Japanner vlakbij het hotel, die een voorliefde voor zeemzoete balades blijkt te hebben. Aiaiai, wat een gejank!
De volgende ochtend om 9u hebben we afgesproken met onze chauffeur van de White Lotus. Hij brengt ons eerst naar het treinstation waar we instappen voor een ritje van een uur met de “circular train”, die, zoals je al kan vermoeden helemaal rond Yangon rijdt, en dit aan een tergend traag tempo. Onderweg slaan we het dagelijkse leven gade. We stappen af in het station dat onze chauffeur ons doorgaf (met een beetje hulp van de vriendelijke overburen). Vandaar gaan we naar een pagode met zittende buddha Kyauktawgyi; aan de schilderijen te zien een gift van de generaals; ah ja “opium voor het volk” zeker…
Van daar gaat het naar de witte olifanten; volgens ons gewoon albino’s; wij vinden het vooral een zielig gezicht, zo’n drie olifanten, geketend aan één poot zodat ze nauwelijks bewegingsruimte hebben. We stoppen dan aan een reuzegrote markt, waar mensen van heinde en ver hun koopwaar naar toe lijken te brengen; dit geeft af en toe opstoppingen van fietsen beladen met allerlei waar. Het is een kleurrijk zicht : meloenen, ananas, gedroogde vis, kruiden, bloemen, …
Onze chauffeur brengt ons dan naar ons lunchadres “Padonmar” één van de sjieke adressen in Yangon; dat was nu ook weer niet nodig. T was lekker, maar toch vrij duur voor wat het was.
Dan staat de volgende buddha op het programma, liggend deze keer : een kolos van 70m lang : dat begint er op te lijken! 😉 Het gaat over deze van Chaukhtatgyi; probeer dat maar eens uit te spreken!
Daarna gaan we de Sule pagode in het centrum bezoeken en we springen even binnen in het Strand hotel. We zijn niet echt gekleed voor een afternoon tea, dus steken de straat over naar de haven van Pansoetan. Hier slaan we weer de va-et-vient gade van de avondlijke pendelaars, die deze keer op een grote (aftandse) ferry stappen : amaai daar gaat veel volk in!
Normaal staat er nog een korte wandeling door de Chinese wijk op het programma, maar vermits er weer een stortbui losbarst, besluiten we dit te houden voor een ander moment.
Vanavond vroeg dinneren, want morgen komt onze chauffeur ons al om 4.45u oppikken! Au, dat gaat pijn doen!

28-29 okt : Naar Myanmar

2014 Myanmar, Op reis Geen reactie

5u : de wekker… Toch wel vroeg. 😉
De taxi komt ons perfect op tijd oppikken. Om 5.42u zitten we op de trein naar Zaventem. De deuren sluiten; paniek! Waar is dat verdomde paspoort naar toe? Na een paar spannende minuten (we waren er bijna in Berchem terug afgestapt) denkt Wim aan de enige nog overgebleven plaats waar we niet gezocht hebben : Anne’s moneybelt! Oef, weer een jaar van ons leven…
De rest van de reis verloopt vlotjes en op woensdagmorgen 7.10u landen we in Yangon. De chauffeur van de White Lotus staat ons al op te wachten. Mr. En Mss. Win van de White Lotus ontvangen ons hartelijk en geven ons nog wat extra uitleg en de vouchers voor tijdens onze reis.
Na een verfrissende douche en een dutje in ons hotel (het centraal gelegen Panorama hotel) bestellen we een taxi naar het Kandawgyi meer. We doen een wandeling langs het meer en genieten van het eerste uitzicht op de beroemde Shwedagon Pagode en de kitcherige restoboot Karaweik (een vaartuig getrokken door twee enorme gouden eenden).
Aan het meer is het iets koeler dan in de binnenstad en dat helpt bij het (letterlijk) aklimatiseren. Het is blijkbaar ook een romantisch plekje, want het loopt hier vol koppeltjes. Na een stevige wandeling hebben we gigadorst en keren terug naar het begin waar er allemaal terrasjes met uitzicht op het meer zijn. Een fris pintje bij de ondergaande zon smaakt!
We zijn vreselijk moe van de lange reis (en jetlag) dus besluiten ter plaatse iets te eten en dan een taxi terug te nemen naar ’t hotel. T’ was toeristenkost, veel te duur, maar ’t smaakte! 😉

Next Entries »